zondag 8 november 2009

Ze zijn zo lief meneer

De voorbije weken was het al voorzittersverkiezing bij Open VLD wat de klok sloeg. De drie kandidaten die strijden om de fakkel van interim-voorzitter Guy Verhofstadt over te nemen, hebben geen slecht woord voor elkaar. Maar schijn bedriegt. Achter de schermen ging het er al hard aan toe tussen Gwendolyn Rutten, Alexander De Croo en Marino Keulen. Ook het verleden leert ons dat voorzittersverkiezingen niet altijd even vreedzaam verlopen.

Grosso modo bestaan er drie scenario's voor de soap die een voorzittersverkiezing vaak is. Er is de "normale" verkiezing, de verkiezing met slechts een kandidaat en last but not least: de verscheurende verkiezing.

Scenario 1. De "normale" verkiezing
Hier is niets aan de hand. De voorzittersverkiezing van CD&V in 2004 is hier een mooi voorbeeld van. De drie kandidaten zijn Jo Vandeurzen, Pieter De Crem en Karel Van Butsel. Vandeurzen wint de verkiezingen met 53,8 procent. CD&V doet rustig verder.

Scenario 2. De verkiezing met maar een kandidaat: de consensusfiguur
Remember Yves Leterme in 2003. Dat jaar lijdt CV&V een enorme verkiezingsnederlaag onder voorzittersschap van Stefaan De Clerck. De Clerck neemt ontslag en CD&V zoekt een geschikte opvolger. Leterme, de enige kandidaat, krijgt 93, 14 procent van de stemmen. Ook in 2007 is er slechts een kandidaat-voorzitter bij CD&V. Marianne Thyssen krijgt 96,6 procent van de stemmen.

Scenario 3. De verscheurende verkiezing
Het is niet altijd allemaal pijs en vree. Het verleden kent ook voorzittersverkiezingen zonder happy end. Neem bijvoorbeeld de verkiezing van de voorzitter van de Volksunie in 2000. De twee kandidaten-voorzitter zijn Geert Bourgeois en Patrick Vankrunkelsven. Bourgeois wint en gaat een meer radicaal Vlaamse toer op. Er vormen zich twee groepen binnen de Volksunie. De Vlaams-nationalistische groep rond Bourgeois en de "toekomst" groep rond Bert Anciaux. In 2001 valt de Volksunie uiteen in NV-A en SPIRIT. De voorzittersverkiezing van 2000 heeft de ondergang van de Volksunie drastisch versneld.

Ook Open VLD kon in het verleden niet ontsnappen aan dergelijk verkiezingsscenario. In de aanloop naar de voorzittersverkiezingen van 2004 ontstaat er een discussie tussen de meer rechtse, donkerblauwe liberalen van kamp-Dedecker en de meer gematigde liberalen van kamp-Somers. Het partijestablishment vraagt Dedecker niet deel te nemen aan de voorzittersverkiezing om de breuklijnen niet te intensifiëren. Dedecker negeert deze vraag. Somers wint deze verkiezingen dan wel, toch was de partij niet onverdeeld gelukkig. Dedecker krijgt namelijk verontrustend veel stemmen (38,32 procent). De voorzittersverkiezing was de voorbode van het vertrek van Dedecker en de splitsing van Open VLD.

Heeft de VLD dan niets geleerd van het verleden? Ook vandaag worden er binnen Open VLD groepen gevormd. De huidige kopstukken spreken zich ook openlijk uit over wie hun voorkeur draagt. Zo krijgt Rutten de steun van De Gucht (junior en senior). De Berlarenaren hebben het dan weer niet zo begrepen op De Croo, die zich in zijn programma het scherpst afzet tegen de huidige generatie.

Ondertussen blijven de kandidaten lief voor elkaar voor het oog van de camera. Want lief zijn, dat is van alle tijden. En of het scenario van deze verkiezing een happy end in petto heeft, zullen we ontdekken bij de ontknoping in december.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten